DNA doet veelpleger Jahangir A. de das om

Panorama, 20 maart 2022

Volgende week is het 25 jaar geleden dat een steek in het hart een einde maakte aan het leven van de Groninger psychologe Els Slurink. Lang, heel lang werd er niemand aangehouden, tot een arrestatieteam begin vorig jaar Jahangir A. klemreed en hem uit zijn bestelbusje trok.

In een zware, donkere jas komt Jahangir A. (45) de zaal binnen. Lichtgetinte huid, kortgeknipt donker haar waar hier en daar wat grijs doorheenparelt, een donker baardje. Oogcontact met de aanwezigen op de tribune – wat pers, een plukje nabestaanden – maakt hij niet; wel geeft hij zijn advocaat, Peter Plasman, een boks.

Jahangir A. drapeert de jas over zijn stoel en gaat zitten. Hij draagt een terrakleurige trui met opstaande kraag, donkere spijkerbroek met lichte stiksels, merk Maskovick. Een lichtbruine riem, gebroken witte gympies van PME Legend. 

Hij is tamelijk gemiddeld: niet opvallend groot, klein, dik of dun. Geen zichtbare tatoeages of sieraden. Zijn ogen zijn donker, fonkelend, lange wimpers, een niet geringe neus. Een man zoals je ze elke dag tegenkomt in het voorbijgaan.

Tijdens de verhoren heeft Jahangir A. zich steeds beroepen op zijn zwijgrecht. Maar, zo heeft hij toegezegd, tijdens de zitting zal hij antwoord geven op vragen. De verwachtingen zijn hooggespannen. Zou de familie dan eindelijk antwoorden krijgen op de vragen die hen al 25 jaar bezighouden: wie is er verantwoordelijk voor de gewelddadige dood van hun jongste zusje? En waarom moest zij sterven?

The Godfather 3

Het is donderdag 20 maart 1997, tegen het eind van de middag, als de 33-jarige Els Slurink met de trein aankomt in haar woonplaats Groningen. Ze is bij haar zieke vader in Ede geweest en had daarna afspraken op andere plekken in het land. Zakelijke afspraken, ter voorbereiding op een congres. Els werkt als psychologe bij het Diagnostisch Centrum van de Kinder- en Jeugdpsychiatrie van het Universitair Medisch Centrum Groningen, dat dan nog het Academisch Ziekenhuis heet.

Ze springt op de fiets, doet op weg naar huis boodschappen bij de Groene Supermarkt om de hoek. Later die avond gaat ze nog bij haar psychotherapeut langs en op de terugweg huurt ze bij de videotheek the Godfather 3. Thuis nestelt ze zich op de bank, pot thee erbij, glaasje rode wijn, en als de film is afgelopen maakt ze zich klaar om naar bed te gaan.

De volgende middag verschijnt Els Slurink niet op een belangrijke afspraak. Dat is niets voor de zorgvuldige, gedreven psychologe, haar collega’s vertrouwen het niet en gaan bij haar thuis kijken. De gordijnen van de slaapkamer zijn dicht, maar door een spleet in de luxaflex zien ze hun collega op de vloer van de woonkamer liggen. Ze alarmeren de hulpdiensten, die even later arriveren.

Een enkele steek in het hart is Els Slurink fataal geworden.

Buren hebben rond half één ’s nachts een man en een vrouw horen ruziën, verklaren ze. Gestommel, gebonk, alsof er iemand achterna werd gezeten. Geschreeuw, iets wat klonk als ‘Au! Au!’ Toen een harde bons, alsof er iets zwaars op de grond viel, en toen niets meer.

Braaksporen zijn er niet, ook niets wat duidelijk wijst op een worsteling; wel vinden agenten een vingerafdruk op een limonadeglas, en in de tuin een voetspoor van kistjes – maat 44. Een moordwapen ontbreekt.  

Appeltje te schillen

De politie heeft een paar scenario’s.

Vanwege haar werk maakte Els vijanden. Ze hield zich bezig met kinderen bij wie seksueel misbruik werd vermoed, menig vader had een appeltje met haar te schillen. Bovendien was ze een fraudezaak op het spoor, wilde iemand voorkomen dat ze iets zou ontdekken of naar buiten zou brengen?

Ook denkt de politie aan de privésfeer: Els had een paar mislukte relaties, een rancuneuze ex misschien?

Een andere theorie is dat een insluiper of inbreker Els heeft verrast en doodgestoken. Dit scenario wordt fluks terzijde geschoven. De buurt kampt weliswaar met een inbraakgolf, maar uit de woning van Els Slurink lijkt niets te zijn verdwenen, zelfs haar portemonnee zit nog gewoon in haar rugzak.

Als elk spoor doodloopt, wordt de zaak gesloten.

Jaren volgen, decennia volgen. Nu en dan duikt er een tip op, komt Els Slurink weer even in het lokale nieuws, maar tot concrete heropeningen leidt het nochtans niet.

Tot december 2019. De politie laat zeven studenten van verschillende disciplines naar de zaak kijken, de moord komt op de coldcasekalender en het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) kijkt met de nieuwste technieken nog eens naar het dna dat destijds onder de nagels van Els is gevonden – een mengprofiel van haar eigen dna en dat van een onbekende man.

In januari 2021 komen er abri-posters door de hele stad Groningen te hangen die getuigen oproepen om alsnog hun verhaal te delen. Een foto van Els met de tekst: “het is nooit te laat om te praten.” Opsporing Verzocht besteedt aandacht aan de zaak.

Op 5 februari van dat jaar rijdt een arrestatieteam met drie auto’s Jahangir A. klem op de Brabantring in Nuenen. Sindsdien zit hij vast.

Geen ideale schoonzoon

De politie in Groningen kent Jahangir wel. In de jaren negentig woonde hij in de Martinistad en stond daar bekend als veelpleger. Hij stak eens iemand in de nek en rug. Samen met twee anderen, alle drie voorzien van een vuurwapen, overviel hij een snackbar. Hij dwong iemand, eveneens onder bedreiging met een vuurwapen, een scooter af te geven.

Ook in de privésfeer was Jahangir in die tijd bepaald geen ideale schoonzoon. Verschillende exen verklaren dat hij driftig was en heetgebakerd. Hij werd zelfs veroordeeld voor mishandeling van zijn toenmalige echtgenote. Ook stond hij wel eens bij vrouwen ineens in de achtertuin naar binnen te loeren.

En als, 24 jaar na haar dood, het dna onder de nagels van Els Slurink een match oplevert met dat van hem, is het tijd hem aan te houden. Destijds was het in Slurinks woning aangetroffen spoor niet goed genoeg, maar met nieuwe technieken is het gelukt het materiaal op te waarderen zodat het alsnog gebruikt kan worden. En dan heeft Janhangir A. de pech dat zijn dna in de database zit. Ten tijde van zijn aanhouding woont hij inmiddels alweer jaren in Noord-Brabant, waar hij zijn geld verdient met hennepteelt.

Een beetje griezelig

En nu zit hij hier, op de rechtbank in zijn voormalige woonplaats. Het is de eerste keer dat de broers en zus van Els Slurink de man zien die terechtstaat voor haar dood. Bij de pro-forma-zittingen liet Jahangir A. verstek gaan. Ook nu, bij de inhoudelijke behandeling waarvoor de rechtbank twee dagen heeft uitgetrokken, was hij liever niet komen opdagen. Maar dit keer kwam hij daar niet mee weg, de rechter verplichtte hem te komen.

Jahangir A. is duidelijk over zijn betrokkenheid bij de dood van Els Slurink: die is er niet, zegt hij. “Ik ben onschuldig.”

Hoe dan zijn dna onder haar nagels is beland? Nou, zegt hij, misschien wel via een maaltijd – hij bakte shoarma. Of via de krantjes die hij bezorgde. Of misschien hadden ze hetzelfde apparaat gebruikt in de sportschool? Een winkelkar in de supermarkt?  

Dat naar binnen gluren bij vrouwen, houdt de rechter hem voor, geef toe, dat is toch wel op zijn minst een beetje griezelig te noemen? Jahangir deed dit zelfs in 2020 nog, bij een vrouw in Eindhoven. Later belde hij deze vrouw op. Hij zei dat hij haar kende van het werk en probeerde een gesprek te beginnen. Maar de vrouw gaf aan hem niet te kennen en er niet van gediend te zijn.

Waarom deed hij dit, vraagt de rechter?

Het is privé, zegt Jahangir A. “Maar ik wil het aan u vertellen. Ik ben al lang gescheiden van mijn vrouw. Het is niet verboden, misschien in Afghanistan wel of in Saudi-Arabië maar zeker niet in Nederland, om met iemand van een ander geslacht contact te maken.”

“Maar waarom belt u met een vrouw die zegt u niet te kennen?”

“Het is privé, ik vind iemand leuk, en probeer dan contact te leggen. Als blijkt dat ze een vriend heeft, of ze wil het niet, dan stop ik ermee.”

Toch al veroordeeld

De rechters vragen ook hoe A aan het telefoonnummer kwam, maar daar komt geen antwoord op. Sowieso blijven veel vragen onbeantwoord, want, zegt Jahangir A: “Jullie geloven me toch niet.”

Dat is een terugkerend thema, deze twee dagen. Jahangir heeft nul vertrouwen in politie en justitie. Zaken die in zijn voordeel zijn, zegt hij, worden onder het tapijt geschoven. “Ik ben vanaf mijn dertiende in Nederland, en negentig procent van wat ik heb gedaan is goed. Maar dát staat niet in het dossier.”

Het heeft, zo redeneert hij, ondanks zijn eerdere belofte om te verklaren, dan ook geen enkele zin om zijn verhaal te vertellen. Hij is toch al veroordeeld, het gaat erom de zaak sluitend te krijgen, zo is hij overtuigd – en niet om de waarheid boven tafel te halen. Daarom ook werkte hij niet mee aan de onderzoeken in het Pieter Baan Centrum. Aan activiteiten nam hij zo min mogelijk deel, Jahangir zat er vooral op zijn kamer.

“Ik ben gezond, lichamelijk en geestelijk, dat denk ik tenminste. Plus: ik ben onschuldig, en daarom heb ik niet meegewerkt. Ik heb helemaal geen vertrouwen in het OM. En dat zal ook nooit komen. Ik heb niet meegewerkt en zal dat ook niet doen.”

“U bent bang dat er verkeerde dingen gebeuren”, vraagt de rechter?

“Ik ben niet bang, ik weet het zeker.”

Maar, zegt de rechter: als je onschuldig bent, dan wil je toch juist alles doen om dat te bewijzen? “Dan schreeuw je dat toch van de daken?”

Gevoelige man

Hij is een gevoelige man, zegt Jahangir A. Bij ruzies is hij juist altijd degene die ertussen springt om de boel te sussen. Hij zou geen kip of muis kwaad kunnen doen, zegt hij, sterker: toen hij opgroeide in Iran, en er werd een dier geslacht, dan kneep Jahangir er snel tussenuit. “Ik kan dat niet aanzien en ik eet het dan ook niet op.”

Het zit Jahangir niet mee, vindt hij zelf. “In die twaalf maanden is mijn beeld van Nederland helemaal verdwenen. In het PBC hebben ze alles gebruikt, zelfs eten, zelfs medicatie, om hun doelen te bereiken. Aan de ene kant roepen ze van mensenrechten en dierenrechten en natuurrechten, en aan de andere kant? Het minimum waar een mens recht op heeft gebruiken ze om te pesten.”

“Maar hoezo bent u gepest”, wil de rechter weten?

“Je roept een hond, en als hij komt, krijgt hij een koekje. Zo werken zij ook. Als je praat met psycholoog krijg je een maaltijd. En zo niet, dan krijg je koude koffie. In andere landen, in Afrika bijvoorbeeld, zou ik dat verwachten. Maar hier in Nederland?”

Verontwaardiging is de enige emotie die Jahangir A. hier ter zitting toont. Af en toe zet hij zijn woorden kracht bij met handgebaren. Hij kijkt nooit achterom de zaal in, niet één keer. Ook als de broers en zus van Els hun slachtofferverklaringen afleggen, breekt hij niet.

Els was als jongste zusje de verbindende factor in het gezin, vertellen zij. Moeder Slurink overleed jong. Vader had een auto-immuunziekte, en een jaar na de gewelddadige dood van zijn oogappeltje stierf ook hij, deels aan zijn ziekte, deels aan het verdriet.

Broer Koos vertelt over het laatste concert dat hij samen met Els bijwoonde: de Vier letzte Lieder van Strauss. Na Els’ dood zat die CD bij haar in de speler, vermoedelijk was het de laatste schoonheid die ze hoorde, zegt hij. “Ironisch genoeg gaat het stuk over vredig sterven. Dat was háár niet gegund, en dat alles door de beslissing van een ander mens. Het is zonde, het is doodzonde, het is zó zonde. Haar leven is haar afgepakt, is mij afgepakt. Is óns afgepakt.”

Broer Arnold noemt Els “een geweldige meid”, die hij vaak naar de kleuterschool bracht toen ze nog een klein meisje was. Els kon mooi tekenen, toen zijn kameleon was mislukt, voegde zij er elementen aan toe en werd het toch weer mooi, een gezamenlijk kunstwerk. Later maakten ze vaak lange fietstochten, samen als broer en zus, op Ameland of in de Ooijpolder. Ze hadden dan mooie gesprekken over psychologische onderwerpen. Els kon erg goed luisteren, vertelt hij, misschien ook omdat ze zelf gevoelig was en niet altijd even goed in haar vel zat. Het verdriet om haar noemt hij een wond met een korstje dat er heel gemakkelijk afvalt. “Het is fijn om aan haar te denken, maar al snel denk ik dan toch weer aan haar dood.”

Wil Jahangir A. hierop reageren, vraagt de rechter?

“Ik vind het heel erg wat hen is overkomen, maar ik ben niet de dader. Ik ben onschuldig.”

Naaimachine van een junk

Nee, zegt officier van justitie Peter van der Spek. Natuurlijk kan Jahangir A. zich niet alles herinneren van 25 jaar geleden, wie zou dat wél kunnen? Maar dat hij trivia nog wel weet – dat hij een naaimachine van een junk kocht bijvoorbeeld – en niet dat een vrouw zich in doodsangst tegen hem probeerde te verweren, dát gaat er bij de officier niet in.

De dood van Slurink, zegt hij, is niet alleen traumatisch voor haar familieleden en andere nabestaanden. Ze is ook een groot verlies voor de wetenschap. Els Slurink zou promoveren, haar onderzoek zou baanbrekend zijn. Ze zou veel hebben kunnen betekenen voor misbruikte kinderen. In de rechtspraak. Ze had als getuige-deskundige kunnen optreden.

In plaats daarvan is de enige rol die ze ooit in de rechtbank zou spelen die van slachtoffer.

De officier rekent Jahangir A. diens proceshouding bijzonder aan. Hoe hij ontwijkende antwoorden geeft op gerichte vragen, of een wedervraag stelt, of simpelweg verklaart dat hij toch niet wordt geloofd. “Een antwoord op de vragen geeft verdachte echter niet. Op mij komt dit over als afweer van verdachte om maar niet over onwelgevallige onderwerpen te hoeven praten of nadenken.” A’s reacties op de slachtofferverklaringen vindt de officier twijfelachtig. “Die uiterlijke schijn, daar prik ik doorheen.”

De officier eist tien jaar cel voor doodslag. Voor moord is geen bewijs, voor gekwalificeerde doodslag – iemand ombrengen om een ander delict te verhullen – evenmin.

“Het leven van Els Slurink, 33 jaren oud, vol energie, gedrevenheid, ambitie, werklust en levenslust, is door verdachte met één steek in het hart kapot gemaakt. Haar laatste momenten moeten vreselijk zijn geweest.”

Wat het nog erger maakt, vervolgt hij, is het feit dat Els thuis was, op een plek waar ze zich veilig had moeten voelen. “Verdachte heeft hier op de meest grove wijze inbreuk op gemaakt.”

Jahangir A. hoort alles onbewogen aan. Of hij nog wil reageren, vraagt de rechter.

Dat wil hij niet.

Reacties zijn gesloten.