‘Ik heb je wel zien zitten, hoer’

Eva 1

Vrij Nederland, 20 juli 2013

(geschreven samen met Sheila Sitalsing (en ja, we zijn familie))

Ze werd gebombardeerd door een anoniem account. Vileine berichtjes, de hele dag door. ‘Ju hebt geen vrienden.’ ‘Wu gaan ju pakken.’ Godlof was daar Giovanni. 

Een vriendin kwam langs met bloemen. Een mooie bos was het, kop op meid, wilde ze ermee zeggen. Er was iets met Eva de laatste tijd, ze deed vreemd, afstandelijk. Toen de vriendin weg was, heeft Eva’s moeder het boeket helemaal uit elkaar getrokken. Eén voor één vlooide ze de bloemen door. Op zoek naar afluisterapparatuur, naar anthrax, naar god weet wat. Dat is wat cyberstalking doet: onschuldige gebaren bestaan niet meer.

Stond er iemand aan de overkant van de straat op de stoep, ging Eva’s vader buiten staan om hem in de gaten te houden. Waren ze met het gezin wat gaan drinken, om even niet aan de terreur te hoeven denken, kwam er weer een ping binnen op de Blackberry: ‘Ik heb je wel zien zitten, hoer.’ En dan keken ze schichtig om zich heen. Hij zag ze, hij hield ze in de gaten, hij wist waar ze waren. Altijd. Overal.

Van hem wisten ze niets. Niet wie hij was, niet waarom hij dit deed.  Eva wist alleen dat het was begonnen op een dag in april 2011. De zesde, dat vergeet ze niet licht. Ze was negentien en kreeg via een anoniem account op twitter een linkje toegestuurd dat leidde naar een site over haar, haar naam was de domeinnaam, zij werd ‘hoer’ genoemd. Eva zat in de hiphop- en rapscene, ze zingt, ze nam weleens een clip op. Ook de naam van haar label stond erop.

We hebben naaktfoto’s, stond er op die site, en filmpjes van Eva. Bij voldoende reacties zouden die online worden geplaatst. Ondertussen werd haar twitteraccount gebombardeerd door een anoniem account. Vileine berichtjes, de hele dag door.

‘Ju hebt geen vrienden.’ ‘Wu gaan ju pakken.’

Ze durfde amper nog naar buiten. Met een vriendin ging ze naar de politie. Terwijl ze daar zat, bleven de dreigmailtjes binnenrollen. Tientallen berichtjes, ze buitelden over elkaar heen. Kijk dan!, hield ze haar Blackberry omhoog. Maar de politie kon niet veel doen. Neem een ander mailadres, zeiden ze.

Die avond trof haar vader zijn vrouw en dochter op de bank. ‘Totaal aangeslagen.’

Ze bleven komen: mailtjes, smsjes, berichtjes op twitter en op ping, anoniem en dreigend.

‘Heb ju ju documentaire al gezien? Fijnu zomervakantie en heb ju vaak genoeg in du stad zien lopen ju foto in je kleurenboxer staat online, wie zal zoeku zal vindu, leuk dat ju er weer bent op ping en twitter,  ik volg ju en ik zal al ju profielen weer verwijderu ook hebben jullie cams die live staan zodra er verbinding wordt gemaakt.

Wie deed dit? Misschien was het de jongen van de studio waar ze wel eens liedjes opnam. Leuke jongen, had een keer geprobeerd haar te zoenen – en daar was ze niet van gediend geweest. Bij de politie noemde ze zijn naam, verder kon ze niemand bedenken. Met de politie sprak ze af om elk binnengekomen bericht meteen door te sturen, voor het dossier. Dat deed ze, ook al waren het er meer dan honderd op een dag. Het stopte nooit. Midden in de nacht, ‘s ochtends vroeg, het ging maar door. De berichtjes waren dan weer schunnig, dan weer bedreigend, dan weer gênant: sexadvertenties met haar nummer erbij, willekeurige pornofilmpjes, altijd de suggestie dat hij haar van nabij stond te beloeren, maar ook privé-foto’s van Eva naakt of Eva in lingerie.

Als het ene gezinslid het even van zich had afgezet, zat de ander er vol van, en dan ging het er toch weer over. Ontspannen werd onmogelijk.  Zaten ze eindelijk ‘s avonds op de bank met een glaasje wijn, waren ze het nét heel even vergeten – piep piep, ging er weer een telefoon.

‘Oowk een leuk filmpje van ju! Hoe zoudu ju ouders het vindu als ze ju zo zien?’

Ook de vader werd bestookt met berichten. Of hij zijn eigen dochter niet kende. Wat er mis was gegaan in de opvoeding – zo’n slet van een dochter die voor de camera uit de kleren ging.

En dan volgden beelden die vaders liever niet zien van hun dochters.

Eva had wel eens naaktfoto’s en -filmpjes van zichzelf gestuurd naar een jongen die ze leuk vond. Er was eens een fotoshoot in lingerie geweest – iets met een sponsor voor een videoclip. Privé-zaken, ze was er heus voorzichtig mee geweest. Nu lag alles op straat. Het hoort niet, zegt Eva’s vader, dat je met je dochter over haar seksleven moet praten op een leeftijd dat ze zelf haar weg aan het vinden is. Hij wilde het helemaal niet weten. Maar de smsjes en pingberichten bleven hem informeren.

Ze bewaarden alles: smsjes, emails en screenshots.  Al was het maar om zichzelf wijs te maken dat ze greep op de situtie hadden. Vader René:  ‘We probeerden alles in kaart te brengen. Plozen alles na, op zoek naar een aanwijzing. En maar redeneren.’

Godlof was daar Giovanni. Eva had hem leren kennen via twitter, in het echt groeide een vriendschap.  Giovanni had verstand van computers, en toen hij hoorde dat Eva nare berichten ontving, wierp hij zich op. Eindelijk hulp.

Binnen een paar dagen was het bingo. Giovanni haalde een factuur boven water voor het gebruik van de server waar vanaf Eva werd gespamd. Via een valse naam en dito adres was die te herleiden tot Nordin, de jongen uit de studio die Eva had proberen te zoenen. Doe aangifte, adviseerde Giovanni, en dik het een beetje aan,  zeg dat hij aan je heeft gezeten – dan nemen ze je tenminste serieus.

Giovanni vond een server in Berlijn en een site in aanbouw. Het zou een betaalsite worden met foto’s en filmpjes van Eva. Volgens de loggegevens had een indrukwekkende lijst mensen via die server informatie uitgewisseld: stuk voor stuk bekenden van Eva. Ex-vriendjes, jongens met wie ze wel eens had gezoend, een paar vriendinnen.

De paniek en het wantrouwen sloegen toe. Toen een vriendin haar hyves-account verwijderde – naar eigen zeggen omdat ze geschrokken was van de spam die over Eva werd verspreid – kon Eva alleen maar denken: jaja, of zit je ook in het complot en ben je bang dat we je zullen vinden?

Op de Berlijnse server vond Giovanni een plan van aanpak om Eva te ontvoeren en verkrachten. Op Koninginnedag zou het gebeuren. Een vriendin zou haar meelokken. Filmpjes van de verkrachting zouden op de server komen te staan.

Eva durfde het plan niet aan haar moeder te laten lezen.

Er stond:  ‘Het is de bedoeling dat we niet te snel handelen. We hebben meer dan twintig mensen op haar ping die ons informatie kunnen verschaffen. [..] Vriendinnen en klasgenoten zijn bereid om te helpen. Het is dus ook de bedoeling dat we eventueel iets in haar huis of kamer kunnen plaatsen waardoor we haar kunnen afluisteren. Dat kunnen dan die vriendinnen van haar wel doen. Een van haar vriendinnen heeft ons ook foto’s gestuurd dat Eva naakt is.

Het plan is dat we Eva meenemen maar het moet voorzichtig gebeuren. Dat kan als ze bij een vriendin is die met ons samenwerkt. […]

Eva vertrouwt ons en haar vriendinnen, dus dat maakt het makkelijk. We weten haar planning, de foto’s die verspreid worden lopen goed. Op Koninginnedag zal het makkelijker zijn om haar te pakken. Lukt het eerder, dan is dat ook prima.

Heb je Eva, zorg dan dat ze voorzichtig op locatie komt. Iedereen mag over haar heen, we filmen alles, onze gezichten worden weggehaald met een blur.

Haar vriendinnen kunnen haar ook uit laten kleden. Nooit direct met vriendinnen of klasgenoten praten, of namen noemen, alle acties die je uitvoert op de anonieme server, twitbeef.nl.’
In een aanval van machteloosheid belde René een officier van justitie die hij via-via kende. Stuur alles wat je hebt, zei deze. De man schrok zich te pletter na bestudering van Renés archief –  mapjes met twitterberichten, emails, screendumps, informatie over de server in Berlijn.  Eva, zo luidde de analyse, was verstrikt geraakt in een circuit van mensenhandelaren, een netwerk dat voor de buitenwacht gezellige dingen deed met hiphoppende en rappende jongeren en via de achterdeur handelde in pornomateriaal van misbruikte meisjes.

De officier schakelde een gespecialiseerde politie-eenheid in. Die zette twintig rechercheurs op de zaak. En zo belandden ze in een slechte film. Eva mocht niet meer alleen over straat of met het openbaar vervoer. Haar moeder reed haar heen en weer naar school. ‘Ik was weer een klein kind.’ Ze kregen valse mailadressen en namen om met de politie te communiceren. Ze kregen een aparte status bij het alarmnummer: zodra ze belden, rukte een politieagent uit.

Op advies van Giovanni wiste ze iedereen uit haar ping, verwijderde ze haar accounts op Hyves, Facebook en Twitter. Afgesloten van normale tienercommunicatie, sloot ze zich op in haar gekrompen sociale kringetje: haar ouders, haar broertjes en Giovanni.

Wie niet online is, bestaat niet, zeker in de muziek – internet is de kraamkamer van nieuw talent. Zonder Facebook miste ze van alles. Hyves gebruikte ze ook zakelijk: ze zette er nummers op die veel werden beluisterd, legde contacten met platenlabels.

Ergens in die tijd liep Eva door de dierentuin. ‘Dat ben ik’, dacht ze toen ze de dieren zag. ‘Gekooid.’

De gevreesde Koninginnedag brak aan. Ze zaten thuis met het hek op slot, een paar vriendinnen kwamen solidair barbecuen in de tuin. Zegt er eentje: hé kom mee, Eva, gaan we lekker de stad in! Haar hart sloeg over. Ook gij, Brutus?

Renés breekpunt kwam een dag later.  Ze waren Koninginnedag heelhuids doorgekomen, nu zou het afgelopen moeten zijn, maar hij wilde er nu niet aan denken, zijn zoons waren aan het hockeyen, hij stond naast het veld, de wind in zijn haar. En toen die piep in zijn broekzak.

Dagt ju dat het afgelopen was?’

Wat nou als het die jongen is die jullie helpt, had een rechercheur eens tegen René gezegd. De gedachte was eerder bij René opgekomen, maar ‘die jongen’ was dag en nacht voor ze in touw.

Och, Giovanni. Online was hij gevat en bijdehand, in het echt eenzelvig en stilletjes, maar reuze aardig, een paar jaar ouder dan Eva. Ze waren een keer in bed beland, hij was verliefd op haar, maar het was niet  wederzijds, had Eva gezegd. Giovanni had zich snel hersteld van zijn gekwetstheid.

De stalker werd slordiger. Na wat prutsen vond René twee IP-adressen, die hij triomferend aan de politie overhandigde. Mijn vader heeft iets gevonden!,  juichte Eva tegen Giovanni. Maar die raakte in paniek: ‘Ze proberen me erin te luizen!’

Toen de politie Giovanni oppakte, wist ze al drie weken dat hij het was. Men wachtte op een heterdaadje. Maar het OM zei: pak hem op, nu,  dit gezin gaat kapot.  Dat klopte: bij Eva thuis sliep niemand meer normaal.

Al bij het tweede verhoor bekende hij.

Onmogelijk, zei Eva, toen ze hoorde dat de enige die ze nog vertrouwde haar kwelgeest was geweest. Later vielen de stukjes op hun plaats. Giovanni had eerder mensen opgelicht. Hij loog wel vaker. Dat hij artiest was, studio’s had, contacten in de muziekscene. Dingen  waar jonge meisjes die beroemd willen worden gevoelig voor zijn.

Nee, hij had haar niet permanent in de gaten gehouden. Had algemeenheden gepingd: ‘Ik zag ju wel zitten.’ ‘Heb ju die rode auto niet gezien?’ De horoscooptechniek: je zit altijd wel ergens, rode auto’s zijn overal. Maar als je murw bent gebeukt, zoals Eva, ga je na zo’n bericht doodsbang achter de bank liggen met de lichten uit.

De rechtszaak, anderhalf jaar later, leek een film, zegt Eva. Alsof het over iemand anders ging. Hij zei dat hij haar een lesje had willen leren, maar ook dat het geen vooropgezet plan was. Hij had zich laten meesleuren.

De officier eiste twaalf maanden onvoorwaardelijk.  Het werd de maximale werkstraf: 240 uur.  ‘Je gaat’, zegt de vader daarover, ‘minder genuanceerd denken over het rechtssysteem dan voorheen.’

‘Ik had gezegd dat er geen plek voor hem was in mijn leven’, zegt Eva. ‘Geen plek?, moet hij hebben gedacht. Let maar op. Hij had ons in zijn macht. Hij was onze held, we behandelden hem met égards.’

Eva is nu 22, ze woont sinds kort op zichzelf, met vriendinnen. De eerste tijd na het stalken stortte ze zich op school, ze haalde alles. Nu voelt ze dat ze moe is. Tweeenhalve maand duurde de stalking, twee jaar later loopt ze nog steeds bij een psycholoog. Er is PTSS bij haar geconstateerd, nog steeds loopt ze niet graag alleen over straat. Ze heeft een vriend, maar kan geen seks met hem hebben – dan blokkeert ze. Ook daarvoor krijgt ze hulp.

Ze is weer online, met mate.  Ze is voorzichtiger geworden. Maar blijft nuchter: hoe groot is de kans dat zoiets haar nog een keer overkomt? Zingen doet ze nog wekelijks op zangles, maar veel lol heeft ze niet meer in de muziekscene. Het doet haar te zeer aan die donkere periode denken.

Voor de politie niets dan lof. Ze hadden een rechtstreekse lijn met de rechercheurs. Het prettige contact is gebleven. Het tofste vindt Eva dat na afloop een politieteam een uitlegsessie belegde voor haar vriendinnen. Eindelijk snapten ze waarom Eva zo raar had gedaan.

Soms voelt vader René zich schuldig: welke belangrijke zaken zijn blijven liggen omdat hun stalkingzaak ten onrechte voor mensenhandel werd aangezien? Een ‘normale’ stalking zou nooit zo groots zijn aangepakt. Misschien zijn er wel duizenden meisjes in de positie van Eva, die worden afgescheept met ‘neem maar een nieuw mailadres.’ Op stalking staat een lagere straf dan op winkeldiefstal.

Aan de andere kant: de politie heeft er veel van geleerd, want cybercrime is relatief nieuw, en rukt snel op. ‘Zij hebben er ook iets aan gehad. Ze gebruiken onze zaak nu als voorbeeld.’

Bij de deur wijst Eva’s vader: kijk, een spionnetje en een ketting op de deur. ‘Hebben we al die jaren nooit gehad. Maar nu wel.’

Uit privacy-overwegingen zijn de namen van alle betrokkenen gefingeerd.

De foto’s bij dit artikel zijn gemaakt door Jeroen W. Mantel

Reacties zijn gesloten.